vrijdag 19 december 2008

Anoniempje

Mijn naam is Jeroen, hier in Frankrijk Jerôme en een enkele keer Jeroo-en, maar deze week mocht niemand dat weten. Ik schreef op ieder antwoordvel mijn naam, geboorteplaats, geboortedatum en handtekening (ja-ha, ik ben het echt) in de rechtbovenhoek. Daarna heb ik die hoek dubbelgevouwen en dichtgeplakt met de bijgeleverde plakrand.

Anoniem dus, zodat de docent die het nakijkt niet wordt beïnvloed door de naam die boven het tentamen staat. Pas later op het secretariaat worden de hoekjes opengemaakt en de cijfers aan de namen gekoppeld. Maar mijn anonimiteit is helaas verloren gegaan. Dat zit zo, ik moest de tentamens in het Frans maken. Moet ik nog verder uitleggen….?



Anoniem of niet, 9 tentamens heb ik deze week gemaakt en geloof het of niet, ik heb er een goed gevoel over. Ik heb geen enkel tentamen echt verknald, dat durf ik wel te zeggen. Feit is natuurlijk dat ik niet bekend ben met de Franse leraren, dus dat ik niet weet hoe streng ze zijn. En dat kan met mijn camping-frans nog wel eens vervelend zijn.

Toch vond ik het wel zwaar om in 1 week 9 tentamens te maken. Je bent de hele dag bezig en dan wil je ’s avonds nog de volgende dag voorbereiden. Nou had ik woensdagavond ook nog een stroomstoring, dus zat ik ‘gezellig’ bij kaarslicht mijn stof te herhalen. Als dat niet romantisch is…. Parijs wordt niet voor niks de Cité d’Amour genoemd, zullen we maar zeggen.




Hoe dan ook, gelukkig bestond 1 van de 9 tentamens deze week uit het vak Engels. Ik ging hier natuurlijk met het volste vertrouwen naartoe en niet alleen ik, vele Fransen met mij. Dat wil zeggen, ze hadden allemaal vertrouwen in mij. Dus kon ik in het midden van de collegezaal gaan zitten, zodat de twee rijen achter mij lekker met me mee konden schrijven.

Misschien moet ik toch nog eens terug naar het gym om mevrouw Bongaerts persoonlijk te vertellen dat het wel meevalt met mijn Engels. Tenminste, dat zeggen ze hier. Ik ben er in ieder geval blij mee, want dat betekent dat ik een goed punt voor Engels kan gebruiken om een minder goed punt ergens anders op te halen.

Maar de tentamens zitten er gelukkig op en de koffer is gepakt, want morgen vertrekt de trein naar Nederland. Ik ben dan in de lage landen voor de duur van drie weken. Misschien wat langer afhankelijk van mijn resultaten voor de tentamens en wat perikelen rond een nieuwe kamer. Jawel, ik ga uit de bezemkast komen, het moest er toch eens van komen….

Het is nog niet 100% zeker, maar waarschijnlijk ga ik twee deuren verder wonen op een kamer die ongeveer twee keer zo groot is als degene die ik nu bezet. Maar goed, u moet het nog even niet doorvertellen zolang het niet zeker is. De wekelijkse berichtgeving op dit blog wordt in ieder geval gestaakt tot het moment dat ik weer in Frankrijk ben. Tot die tijd hoop ik weer wat lezers in levende lijven te zien. Voor nu wens ik iedereen

Feestelijke Kerstdagen
en een weergaloos 2009


vrijdag 12 december 2008

Leerperikelen



Ik zal het kort houden deze week. Volgende week staan er op mij 9 tentamens in 5 dagen te wachten. Dus dat betekende voor mij deze week heel veel met de neus in de boeken zitten. Opdrachten maken, samenvatten, proeftentamens doen en feitjes stampen. Dat was zo’n beetje wat ik deze week heb uitgevoerd. Ik kan het niet veel leuker maken, dat was het namelijk ook niet.

Daarom deze week even geen uitgebreid bericht uit de Franse hoofdstad. Volgende week vrijdag zal ik weer de tijd nemen voor een wat langer stukje. Vast en zeker dan ook een bericht over hoe de tentamens zijn gegaan. Voor nu.. Iedereen een goed weekend gewenst!

vrijdag 5 december 2008

Saint Nicolas

Om 12 uur vanmiddag was het klaar. De colleges van het eerste half jaar zaten erop. Om 12.01 ging er dan ook een vreemde golf door de collegezaal. Het besef dat de lessen erop zaten, maar tegelijkertijd het besef dat het harde werken nu pas begon. Er is nu één week de tijd om flink te leren om daarna in een week maar liefst 9 keer een tentamen maken.

Bovendien was het college het laatste dat we met zijn allen (dik 100 man) hebben gevolgd. Vanaf januari kiest iedereen een richting en zijn de groepen veel kleiner. Sommige mensen ga je dus minder zien en daardoor werd dat vreemde gevoel nog eens versterkt. Uit het niets kwam er een gitaar tevoorschijn. Twee mede studenten hadden een liedje over de master geschreven onder de passende titel ‘Nooit zonder mijn PCR’.



Voor de niet biologen onder ons, PCR is een techniek waarmee DNA vermenigvuldigd kan worden. Het was dan ook een nogal spottend nummer, waarbij allerlei dingen uit het afgelopen half jaar op de hak werden genomen. Lachend gingen we na afloop allemaal de zaal uit en wensten we elkaar veel succes met het leren. Nog 9 dagen te gaan….

Ik besloot na afloop van dit laatste college niet meteen met mijn neus in de boeken te gaan zitten, maar Sinterklaas te vieren op zijn Frans. U zult zeggen, wat is dat ‘Sinterklaas vieren op zijn Frans’? Mijn antwoord: Ik heb werkelijk geen flauw idee. Maar gelukkig kan ik goed improviseren...


Dus nam ik de metro naar het hartje van het 3e arrondissement en bracht een bezoek aan de Sinterklaas kerk. Dit is geen kerk voor lieden die ook na hun 10e levensjaar nog in Sinterklaas geloven, maar gewoon een katholieke kerk die gewijd is aan de heilige Sint Nicolaas. Ze noemen de kerk hier dan ook Saint-Nicolas-des-Champs (Sinterklaas van de Velden), naar de ‘Turkse’ heilige uit de 4e eeuw.




Mijn improvisatie bleek voldoende te zijn, want er hing een groot spandoek “Sinterklaasfeest van 4 tot en met 7 december”. De spanning gierde dan ook door mijn lijf toen ik de kerk binnenstapte. Zouden de pepernoten mij bij binnenkomst langs mijn oren vliegen? Zou ik misschien de Goedheiligman voor het eerst in 10 jaar weer eens de hand kunnen schudden? Ik stond te trillen op mijn benen.

Toen de deur achter mij dichtviel, kwam de anticlimax. Heiligschennis! Het eerste dat mij in het oog sprong, was een kerststal. Het mag toch alom bekend zijn dat kerst pas gevierd dient te worden, nadat de Sint het land heeft verlaten. Maar al snel zag ik in, dat vanuit Frans perspectief de Sint het land al had verlaten. Hij liep immers in Nederland rond.

Maar even verder kijken dus. Achter in de kerk bleek er een ‘braderie’ aan de gang te zijn. Braderie dient dan gelezen te worden als een chic woord voor rommelmarkt. En met alle respect voor alle ijverige vrijwilligers die de talloze spulletjes bij elkaar hadden gesleept, rommel was het. Kleren, spelletjes, video’s, boeken, servies, alles was te koop. Maar de pepernoten en speculaasjes waar ik naar op zoek was, waren natuurlijk nergens te vinden.




Tot mijn oog viel op een soort taai-taai koek in een chocolade-jasje. Om de kerk te steunen, heb ik deze dan maar gekocht. Bovendien was mijn maag ook niet ontevreden over mijn aankoop. Op ‘braderie’ leerde ik ook dat ik een dag te vroeg was. Het Sinterklaasfeest in de betekenis van kinderfeest zou zaterdagmiddag 6 december worden gevierd en ik viel helaas niet in de leeftijdscategorie die mee mocht doen.

Enigszins gedesillusioneerd ging ik dan ook weer naar huis. Eenmaal thuis besloot ik nog maar een beetje verder te improviseren. Bij het trekken van de lootjes trok ik verassend genoeg mezelf. Na lang nadenken, besloot ik hutspot voor mezelf te maken. Het werd toch wel de meest smakelijke surprise die ik in al die jaren heb gehad. En het gedicht, tja... dat moet ik u helaas verschuldigd blijven....

vrijdag 28 november 2008

Ontmoeting met een Chinees



‘Waarom dragen Nederlanders van die houten schoenen?’
Ik schiet in de lach.
‘Klompen?’
Ik kijk naar mijn schoenen (die vies zijn overigens). Zou hij nou denken dat ik in Nederland op klompen loop? Maar even uitleggen dan dat ze bijna niet meer gedragen worden dan? Ik kan hem natuurlijk ook in de waan laten.
Ik glimlach nog eens en leg het hem dan toch maar uit.

“Je hebt toch ook zo’n bloem in Nederland?
“De Tulp?”
Hij kijkt me moeilijk aan.
“C’est Tulipe en français.” (basiskennis)
“Die hebben ze toch ergens op van die grote velden, heel mooi, waar iedereen komt kijken.”
“De Keukenhof!”, Ik schiet weer in de lach.
Ik moet hem toegeven dat ik nog nooit in de keukenhof ben geweest. “C’est pour les touristes!”
Maar hij is al bezig met de volgende vraag.

"Welke taal spreken ze in Nederland?"
"Nederlands"
"O."
Een korte stilte volgt, daar had hij niet op gerekend. Zijn verbazing doet mij weer glimlachen.
“Hoe zeg je Bonjour in het Nederlands?"
“Goedendag” (ook basiskennis) “Maar meestal zeggen we gewoon hallo.”
“In het Chinees is het ‘Ni Hao’ ”

We krijgen gezelschap van een Chileen, dus ik zeg:
“Buenos Tardes” (Spaans kennis)
Hij lacht als teken van herkenning en antwoordt “Que Tal?”.
De Chinees kijkt verbaasd en vraagt welke talen ze in Chili spreken. Ze zijn sneller uitgepraat. De Chinees kent geen typisch Chileense dingen die gelijk zijn aan klompen en tulpen.



Wat bestaan er toch mooie beelden van Nederland in het buitenland. En het is wel eens leuk om te worden aangesproken op de klomp en de tulp. Is tenminste weer eens wat anders dan de basisonderwerpen van de Fransen:
“Jij rookt zeker ‘Marijuana’? “
“Nee”
“Tuurlijk, dat zeggen ze allemaal!”

Of

“Kom je uit Amsterdam?
“Nee, uit ‘Nimègue’. ”
“Nog nooit van gehoord.”

Of

“Is ‘Hollande’ hetzelfde als ‘Les Pays-Bas’ dan?”
“Ja, tenminste zo ongeveer, Holland is een regio van Nederland.”
“ Ohw. Ik dacht altijd dat dat twee verschillende landen waren.”



Ik ben ontheemd in het beeld dat hier bestaat van de Nederlander. Ik voldoe er totaal niet aan. Ze verwachten een blonde bos haar en helblauwe ogen. Iemand die veel bier drinkt (in plaats van de Franse wijn) en rookt.

Er is gelukkig wel één vooroordeel waar ik aan voldoe. Ik spreek goed Engels en dat doen alle Nederlanders volgens de Fransen. Dat ik jarenlang moeite heb gehad met Engels op de middelbare school, dat vertel ik ze maar niet. Bovendien zit ik hier in Frankrijk bij het vak 'Engels' in de beste werkgroep, dus ze merken het toch niet. (hun gemis aan basiskennis)

Ondertussen begint Parijs in kerstsferen te geraken, de lampjes branden door de hele stad. De Fransen zijn in afwachting van 'Père Noël' (jawel, de kerstman) en de lichtstad toont zich op zijn best. Binnenkort nog wat meer foto's. Voor nu: Bon week-end à tous!

vrijdag 21 november 2008

Geachte Meneer Calvé

Geachte Heer Calvé,

In Nederland is uw bedrijf uitgegroeid tot een van de bekendste merken van het land met als absoluut top product natuurlijk uw pindakaas. Welk kind is er nou niet groot geworden met een dikbesmeerde boterham met dit voedzame goedje? U zou zelfs kunnen zeggen dat de pindakaas behoord tot één van de hoogtepunten van de Nederlandse cultuur en dat uw product daardoor van een enorm belang is voor de Nederlandse identiteit.

Het is ondertussen dan ook natuurlijk een vast onderdeel van de inburgeringscursus voor nieuwe medelanders. Tussen het koekhappen en pepernotenbakken, mag een boterham pindakaas smeren natuurlijk niet ontbreken. Bovendien is het bij Amsterdammers natuurlijk alom bekend dat hun bekendste winkelstraat de Kalverstraat, eigenlijk een verbastering is van de Calvé-erstraat.

Kortom, uw product staat op voetstuk in Nederland. Nu ben ik afgelopen zomer naar Frankrijk verhuist. Iedere middag sta ik nu rond half één in een ellenlange rij voor de campuskantine tussen honderden andere studenten die ook hun maaltje komen halen. Het is met de Franse slag georganiseerd zodat je minstens een half uur staat te wachten. Het geheel loopt in een fuik naar de kassa toe, waardoor je opstopping krijgt waarbij ellebogen opeens van levensbelang zijn.

Maar dat is niet waarvoor ik u schrijf. Afgelopen vrijdag, werden mijn practicumweken afgesloten met een lunch. Iedere student had wat meegenomen. Nou heb ik tijdens deze lunch de Fransen kennis laten maken met een hoogtepunt van de Nederlandse keuken, echte Calvé pindakaas. Het is een gat in de Franse markt! En ik zag het al voor me, Fransen die hun baguettes met pindakaas besmeren onder de Eiffeltoren of een wandeling maken over “de Avenue de Calvé-Élysées”.

Helaas moet ik u echter afraden uw stokpaardje, de echte Calvé pindakaas, naar Frankrijk te gaan exporteren. De verwachte enthousiaste reactie op de stukje Nederlandse opvoeding bleef uit. Het grootste deel van de Fransen begon er niet eens aan (Ook de Franse boer eet niet wat hij niet kent....). Al waren er toch wel enkelen die nog aan een tweede boterham begonnen.

Het spijt me dat ik u dit slechte nieuws moet brengen, want ik ben met u eens dat die Fransen best wat meer pindakaas kunnen gebruiken. De gemiddelde Fransman is toch al snel een centimeter of 7 minder groot dan de gemiddelde Nederlander en deze groei achterstand is waarschijnlijk toch te wijten aan een gebrek aan pindakaas in hun jeugd.

Mocht u overigens binnenkort meneer Venz nog een keer tegekomen, wilt u hem dan namens mij overbrengen dat ook een Frans avontuur voor zijn hagelslag er niet inzit. Zelfs meer funny’s in de verpakkingen doen zal de Fransen niet overhalen. Nou moet ik toegeven dat het voor die Fransen ook wel erg moeilijk is om 'hagelslag' en 'pindakaas' uit hun strot te krijgen. Maar ja, om het nu Fromage d'Arachide te gaan noemen. Leg dat maar eens uit.

Ondanks deze tegenslag, wens ik u veel sterkte met de export van uw product. Misschien moet u zich toch maar richten op de Indonesische markt, daar schijnen ze met 'pinda’s' bekend te zijn.

Met vriendelijke groet,


Jeroen de Baaij

[21-11-2008 23:40]
Binnenkort weer een wat serieuzer verhaal over mijn leven in hier in Frankrijk. Ik heb het op het moment erg druk met practica en de bijbehorende verslagen (in het Frans). Ik heb het gevoel dat ik deze week nauwelijks mijn kamer heb gezien. Volgende week schijnt gelukkig weer wat rustiger te worden, maar eerst maar eens die verslagen afmaken! Ik wens jullie een leuker weekend...

vrijdag 7 november 2008

Tussen Kunst & Kitsch

Voor mijn gevoel ben ik hier in Parijs nog maar net begonnen, maar niets is minder waar. Ik studeer hier alweer twee maanden en als beloning werd ik op een weekje vakantie getrakteerd. En dus had ik de afgelopen week de tijd om er weer eens op uit te trekken en wat dingen te gaan zien!

In 1900 werd ter ere van de wereldtentoonstelling in Parijs het Grand Palais gebouwd. In deze tentoonstellingsruimte hingen ook een paar werken van een jonge Spaanse schilder. Nu 108 jaar later is er een tentoonstelling van deze Spaanse schilder, waarbij zijn werken hangen naast de schilderijen die hem inspireerden. Ik ging een kijkje nemen, maar ik was niet de enige…

En zo stond ik in een eeuwigdurende rij tussen 3 Amerikaanse meisjes “Can you take a picture of us?” en een Duits echtpaar “Wer hat eigentlich den Eiffelturm konstruiert?”. Jawel, ik had een hele opwindende omgeving. Maar het is me gelukt om het gebouw binnen te komen en het is me zelfs gelukt om binnen af en toe een glimp van een Picasso op te vangen.


Toegegeven, ondanks de drukte was het een prachtige tentoonstelling. Het was de organisatie gelukt om topwerken uit de hele wereld in Parijs te kregen. Dus hingen de Picasso’s naast de Rembrandts, El Greco’s , Cézannes, Manets en anderen. Zo was bijvoorbeeld de naakte Maja van Goya uit het Prado naar Parijs gekomen. En dat is toch een beetje als het Melkmeisje van Vermeer uit het Rijksmuseum halen. Een absoluut topstuk.


Een paar dagen eerder was ik op de enige zonnige dag van deze week naar Versailles afgereisd. Niet alleen om weer eens door het paleis te lopen en de prachtige tuinen te bekijken. Er was ook een tentoonstelling van Jeff Koons. Zonder schaamte is zijn werk kitsch te noemen en dat levert dus een aardig contrast met de barokke zalen van het kasteel.

De tentoonstelling begon met een enorme paarse hond zoals we die allemaal kennen van clowns die van een ballon een hondje maken. Deze hond was geplaatst in een 17e eeuwse ontvangstzaal en zo ging het 25 zalen door. Ook hier was het weer verschrikkelijk druk. Opvallend overigens dat je bij dit soort grote tentoonstellingen nauwelijks Frans hoort. De Parisiens gaan zelf niet naar de tentoonstellingen toe. Al hebben ze allemaal gehoord dat ‘het erg mooi schijnt te zijn.


Wat overigens ook niet erg meehelpt tegen de drukte, zijn al die belachelijke beveiligingsinstallaties van tegenwoordig. Ieder museum lijkt tegenwoordig wel een vliegveld. Je wordt van alle kanten helemaal gescand en gecontroleerd. Want stel je voor dat je een doosje punaises mee naar binnen smokkelt en die hond van Jeff Koons lek prikt.




Ook schijnt het deze week verplicht te zijn iets over Obama te schrijven, dus bij dezen. Heel Amerika, maar vooral heel Europa, is blij dat Obama gekozen is. De pers schreeuwt dat Amerika een verandering heeft beleefd. Ik wil er eigenlijk maar één ding over kwijt: Op dezelfde dag dat Amerika een zwarte man als president koos, stemde datzelfde Amerika tegen het homohuwelijk. En dan vraag ik me af, is Amerika nou werkelijk zo veranderd?


En zo is de week voorbij gevlogen. Maandag zit ik weer gewoon de hele dag in de collegezalen. Al is er dinsdag alweer een vrije dag. Op dinsdag herdenkt Frankrijk het einde van de eerste wereldoorlog, een vrede die overigens werd getekend in Versailles. Maar daarna moet ik gewoon weer iedere dag naar de universiteit tot eind december.

En dan voor in de agenda's... Op 20 december pak ik de trein naar Nederland. Ik ben dan tenminste 3 weken in Nederland om iedereen een gelukkig Nieuwjaar te wensen.

vrijdag 31 oktober 2008

de Vreemdeling

Het is oktober 2007 en ik ga een week naar Parijs om te kijken hoe mijn universiteit eruit ziet en waar ik eventueel een kamer kan krijgen. Op de laatste dag van mijn verblijf, loop ik langs de Seine en neus tussen de kraampjes van de boekverkopers. Mijn oog valt op L'étranger van Albert Camus. Vanwege de toepasselijke titel (L'étranger = de Vreemdeling) besluit ik het boekje te kopen.

De aankoop van het boekje is een beetje melancholische daad, dat geef ik toe. De vreemdeling die een boekje koopt in een stad die niet de zijne is. Het boekje is in het Frans, een taal die niet de zijne is. Het boekje wordt pas gelezen als de stad en de taal hem minder vreemd zijn en daarmee wordt het boekje hem ook minder vreemd.

Tegelijkertijd is de aankoop van L'étranger de bevestiging van het plan. Het plan om te verhuizen naar Parijs, het plan om Frans te leren, het plan om hier te gaan studeren. Daarmee wordt het meteen een opdracht, een doel. De koop maakt duidelijk wat mij nog te doen stond en waar ik allemaal nog aan zou moeten werken.

En juist in deze tweede zin voldoet het volledig aan de existentialistische inhoud van het boek. Namelijk dat de mens zelf verantwoordelijk is voor zijn vrijheid, voor zijn daden en voor zijn lot. Ieder mens bepaalt zelf de zin van zijn eigen leven en moet daarin het geluk vinden.



Nu, 1 jaar later, oktober 2008, pak ik het boekje uit de kast en lees het verhaal van Meursault. Geheel in het Frans, af en toe met behulp van een woordenboek, ga ik op in het verhaal van de man die als verdoofd door het leven lijkt te gaan. De man die door niks geraakt wordt en pas op de allerlaatste bladzijde ontdekt dat hij pas gelukkig wordt als hij het leven in zijn eigen hand neemt.

In het begin vond ik het boekniet zo bijzonder, maar ongeveer halverwege begint het me te grijpen. Iedere 10 pagina's wordt het verhaal intenser en de laatste pagina's raken me. Camus heeft gelijk en iedereen weet het. Maar toch is het soms zo moeilijk om te doen, om alles in eigen hand te nemen.

Toch heb ik het de afgelopen maand gedaan en met resultaat. Ik heb veel nieuwe leuke mensen leren kennen. Ik heb veel energie gestoken in het leren van het Frans. En langzamerhand begint het allemaal een beetje op zijn plaats te vallen. Ik kan de gesprekken allemaal wat beter volgen en daardoor meteen veel meer contacten maken op de universiteit en hier om mij heen.

En dan een bizar moment. Terwijl ik dit stukje zit te typen, klopt er iemand op mijn deur. Het is de zoon van de concierge. Iemand heeft de sleutel afgebroken in het slot van de buitendeur. Dus niemand kan van buiten het huis meer binnen komen.
Dan wil je eens een keer wat van je leven maken...
Kan je niet eens je eigen huis meer in of uit!




Ondertussen kan ik iedereen L'étranger van Camus aanraden. Het is niet dik en niet moeilijk geschreven. Ik zelf begin vanavond maar aan een nieuw boek, nu ik niet naar buiten kan. Al moet ik stiekem bekennen dat ik toch vanavond niet meer naar buiten wilde. Het is sinds een paar dagen koud in Parijs (de verwarming moest voor het eerst aan deze week) en il pleut des cordes (= het regent pijpenstelen). Morgen wordt het slot gerepareerd, tenminste dat zeggen ze....

vrijdag 24 oktober 2008

de Avonden [updated]

Het was al donker, toen in de het begin van de avond van de twintigste oktober 2008 in de stad, op de zesenvijftigste verdieping van de toren Montparnasse, de held van deze geschiedenis, Jeroen de Baaij, de lift uit stapte. De stad ligt aan zijn voeten en de lichtjes schijnen hem toe. Hier werd hij met zijn geliefde zus aan een groot natuurgeweld blootgesteld.

Vanaf hier laat onze held de ‘Gerard Reve taal’ achter zich en gaat in gewoon Nederlands verder. (Wees gelukkig, u bent zo juist aan honderden regels paars fluwele strakke broekjes om golvende jongensbilletjes ontsnapt.)
Maar het is wel waar. Linde was met een vriendin (Hilde) in Parijs en maandagavond werden we bijna van de Tour Montparnasse gewaaid vanwege de harde wind (dat had u ook nog eens enkele tientallen extra regels aan geëmmer op dit blog kunnen besparen, maar goed, u heeft niet altijd geluk).



Linde was maar heel kort in Parijs (3 dagen) en helaas had ik die dagen zelf ook een vrij druk programma. Zo had ik dinsdagavond weer Franse les. En nu ik al weken lang consequent niet over de Franse taal schrijf, komt nu het moment dat ik er niet meer omheen kletsen kan. De Franse taal valt namelijk niet mee, zo moet u weten.

Na de eerste week kan je nou eenmaal niet meer aankomen met “Parlez-vous anglais?” of “Je ne parle pas français.” En vanaf dat moment is er werk aan de winkel. Dus dat betekent veel fouten maken en iedere dinsdag en woensdagavond naar de Franse les om te leren wat ik fout doe. Voor de Fransen om me heen zal ik wel overkomen als de plaatselijke Officer Crabtree.

Voor de mensen die even zijn vergeten wie dat ook weer eens was:


Maar goed, iedere week gaat een stukje beter. En de colleges en werkgroepen kan ik goed volgen doordat er dan vaak powerpoint presentaties of hand-outs bij zijn. Pas als ik zelf mijn mond open moet doen wordt het lastiger. Ik weet al haast niet meer hoe het is om niet met je mond vol tanden te staan. Maar ook dat komt met de tijd vanzelf goed.

Nadat ik weer afscheid had genomen van Linde, heb ik woensdagavond maar weer eens een concertje bezocht. Er zouden drie jonge Engelse bandjes optreden en ik had het kaartje gekocht op basis van the Bishops waar ik ooit eens een liedje van had gehoord. Maar the Bishops bleken ondertussen dagelijks het voorprogramma te zijn van James Blunt en dus kreeg ik drie onbekende bandjes voor mijn neus.

Na het niet bijzondere Lowline en het geinige Eight Legs (hier zit wel wat in, geef ze nog 2 jaar), kwam Man Like Me. De zanger was een dunne kortgeschoren jongen die een spijkerbroek droeg met daaroverheen getrokken grote Arsenal sportsokken. Hij stelde de groep voor: "We are the Bishops" (iets wat ie overigens tot het voorlaatste nummer volhield, Engelse humor).

Wij waren overigens: hijzelf, 2 andere jongens en een grote dikke neger die 80% van de tijd midden op het podium een krantje zat te lezen. Tussendoor pakte hij dan zijn trombone en deed mee met de andere drie. Bijna alles wat je hoort stond op band en was dus niet live, maar de show was geweldig. De hele zaal stond te dansen, iets wat de andere bands niet gelukt was. Eigenlijk is niet zo mijn muziek, maar toegegeven, vooral het nummer Carny is wel erg aanstekelijk. En dus was MLM zelfs voor mij de perfecte afsluiter voor deze avond.

Donderdagavond zat ik vervolgens achter mijn PC NEC te kijken met dank aan Omro_p Ge_de_la_d (ja, zij vielen zelf ook af en toe weg….). Over de wedstrijd hebben we het verder maar even niet.
En zo is het alweer vrijdagavond en word ik verwacht op een feestje op de universiteit. Voor degenen die zich afvragen of ik overdag ook nog wat uitvoer, ja, dat is het geval. Maar dit stukje heet niet voor niks de avonden, biostatistiek is nou eenmaal het beschrijven niet waard. Tenminste uit recent onderzoek blijkt dat mensen dit stukje tekst
significant (alpha=0,05) interessanter vinden, dan biostatistiek. I rest my case.

[update 25-10-2008]
Tijdens het feestje op vrijdagavond hebben er zware onderhandelingen plaatsgevonden. Maar met gepaste trots kan ik u melden dat ik namens Nederland met de Fransen een akkoord heb kunnen sluiten. De Fransen hebben zich bereid gevonden per 1 januari aanstaande Wallonië op te nemen in de Republiek. Vlaanderen zal zich per die datum aansluiten bij het koninkrijk der Nederlanden. De onderlingen hebben zo'n 10 seconden in beslag genomen...

vrijdag 17 oktober 2008

De Cirkel is Rond

Jaren geleden werd ik samen met mijn moeder en mijn zusje door mijn opa en oma meegenomen naar Parijs. Mijn ouders lagen in scheiding en we gingen even weg van het ‘gedoe’. Samen struinden we door de straten en bekeken we alle hoogtepunten van de stad. We bezochten Quasimodo in de Notre Dame, stonden in de kleurenregen van Sainte Chapelle, keken uit over de Champs-Elysées vanaf la Defense, beklommen de Eiffeltoren, groetten Mona in het Louvre, brachten onze eer aan Napoleon in Invalides en nog veel meer.



Mijn grootouders waren mijn gidsen door de stad die zij al vaak bezocht hadden en zo graag wilden laten zien aan hun kleinkinderen. Sinds deze reis is Parijs mij dierbaar geworden en heb ik de stad nog meermalen bezocht. Immers Mona had ook buren die begroet dienden te worden, de vader van Quasimodo moest bezocht worden aan het Place de Vosges, Montparnasse had ook een prachtig uitzicht en ook Picasso en Rodin kon ik niet aan hun lot overlaten.


Ieder bezoek aan de stad werd de stad mij liever en toen bleek dat hier ook nog eens een mooie vervolgstudie zat, was ik verkocht. Hier wilde ik studeren, dit zou mijn toekomst worden. En nu jaren later zie ik dagelijks de Arc de Triomphe en sleurt de metro mij door alle uithoeken van de stad. Ieder weekend lijkt er meer te zien en te bezoeken.




Afgelopen week was echter bijzonder. Mijn opa en oma waren in de stad. Samen struinden we over straten en pleinen en genoten we van alles wat te stad te bieden heeft. Nu echter liet ik mijn grootouders delen in mijn eigen hoogtepunten van de stad. En dus kwamen we tot rust tussen Monet's waterlelies, waaide de wind door onze haren langs de Seine en keken we uit over de stad vanaf Montmartre.

En zo zaten we op de 17e oktober samen aan tafel en hieven wij ons glas. Op de stad, op 86 jaren, op de toekomst.
De cirkel was rond.

vrijdag 10 oktober 2008

Slapeloze nachten?

Goh, Jeroen, wat doe jij nou eigenlijk in het weekend?
Nou, eerlijk gezegd, begin ik altijd met lekker uitslapen. Ik bedoel, waar zijn die uren op de zondagochtend nou goed voor? Verder eet ik heel veel stokbroodjes met brie, stukken brioche (met chocola, hm), en ik drink minstens 10 flessen cola. Voordat u begint te denken dat u wilde dat u de vraag nooit gesteld had, zal ik een serieuzer antwoord geven. Namelijk, de stad bepaalt wat ik in het weekend doe.
..

Parijs is een wereldstad, dus bruist het hier van de initiatieven. Er is dan ook ieder weekend wat te doen. Een greep uit de afgelopen weken? Vliegtuigen op de Champs-Elysées, de paus in Parijs, open monumentenweekend, weekend van de letteren, sporten onder de Eiffeltoren (ik moet bekennen dat ik dit grootse evenement heb overgeslagen) en afgelopen weekend de Nuit-Blanche.



Nou weet ik dat uw Frans heel goed is, dus eigenlijk hoef ik niet te vertellen dat dit ‘Witte Nacht’ betekent. Wat ik misschien wel moet uitleggen, is dat dit figuurlijk kan worden geïnterpreteerd als ‘Slapeloze Nacht’. U snapt, ik was meteen geïnteresseerd. Dus trok ik afgelopen weekend rond een uur of half elf ’s avonds de deur achter me dicht en liet me meeslepen in deze nacht vol leven.

De Nuit Blanche is een jaarlijks terugkerend evenement waarin de stad een soort kunst festival is. Op tientallen plekken in de stad zijn er activiteiten. Bij activiteiten moet gedacht worden aan kunstprojecten, open musea, muziek en film. Dit jaar was het thema ‘stations’ en ik begon mijn tocht dan ook bij het Gare du Nord. Het leek me het meest passend met de trein te gaan, maar ja, aangezien die niet rijdt vanaf mijn huis was de metro een aardig alternatief.

Ik moet u even uitleggen hoe bijzonder het is dat ik vrijwillig naar het Gare du Nord ga. Het is dat de trein naar Nederland er vertrekt, dus dat ik af en toe genoodzaakt ben er te komen. Maar het Gare du Nord is zonder twijfel de verschrikkelijkste plek van Parijs. Hordes toeristen, geen fatsoenlijke wachtruimte of zitplaatsen, een constante omroepinstallatie en een teringeind lopen naar de metro (excuses voor het woordgebruik, maar het is echt zo). U snapt, het is een hel.



Maar vanavond was het anders. vanavond kon ik gelukkig ook buiten blijven staan. Tegen de voorkant van het gebouw werd namelijk een kunstfilm geprojecteerd. 40 kinderen van een basisschool aan Parijs hadden hier aan meegedaan. Ik liep hierna verder naar het Gare de l’Est (dat is vlakbij) en kwam ook hier twee projecties tegen. Hier was ook live muziek, maar persoonlijk vond ik dit duidelijk ‘beginnende’ rockbandje niet te pruimen. Snel verder dus.

Na in de omgeving nog een kunstzinnig versierde kerk en een andere projectie bezocht te hebben, stond ik rond twaalf uur voor de deur van Centre Pompidou. Tot 2 uur ’s nachts was dit Mekka van de Moderne kunst gratis voor publiek geopend. Dit heeft twee voordelen. Ten eerste heb je vanaf de 5e verdieping een schitterend uitzicht op een nachtelijk verlicht Parijs. En ten tweede heb je gratis toegang tot alle kunst (bah, wat een Hollandse gedachte) in een bijzondere setting.



Na een ruim uur te hebben rondgesloft langs de Picassos, Mondriaans en Miros van deze wereld, besloot ik erg anders nog even verder te gaan kijken. Ik kwam terecht in de kerk. U zult zeggen, wie verder kijkt, komt meestal niet terecht in de kerk. Maar zoals ik al zei, het was een bijzondere avond. Op een kleine afstand van het museum, ligt namelijk de Saint Eustache (inderdaad, bij les Halles). Hier was vanavond een bijzondere film te zien.

En dus zat ik midden in de nacht in de kerk een film te kijken over zes blinden die een olifant ontmoeten. ‘Letter on the Blind for the use of those who see’, een project van Javier Téllez. Het was een indrukwekkend geheel waarin treffend werd getoond hoe blinden waarnemen (ieder op zijn eigen manier). Zelf kon ik alleen maar de conclusie trekken dat hun waarnemingen veel intenser zijn. Een prachtige film, in een mooie setting en bij binnenkomst een begroeting door de pastoor. Wat wil een mens nog meer?

Nou op dat moment? Eigenlijk gewoon slapen. Dus nam ik tegen half drie de laatste metro naar huis (de metro reed langer deze nacht) en liet de rest van het programma voor wat het was. Ik had nog tot 7 uur ’s ochtends van alles kunnen bezoeken, maar geen slapeloze nacht voor mij. Wel lekker uitgeslapen overigens, die volgende dag.



Zo ziet u, er is altijd wat te doen. Ik lees iedere vrijdag de krant en ik besluit wat ik ga doen dat weekend. En komend weekend? Tja, ik het is weer lastig, ik heb eigenlijk twee keuzes. Ten eerste de opening van het wijnseizoen in Montmartre (met als thema dit jaar Cinema Montmartre). Parijs heeft immers ook vier wijnranken, dus daar moet op gedronken worden! Of ten tweede de open dagen in het wetenschapsmuseum in park La Villette.

Aangezien ik nou al nachtmerries heb waarin ik mezelf met blote voeten druiven zie plattrappen, vermoed ik dat ik naar La Villette ga. Hoe dan ook, ik vermaak me wel en anders kan ik altijd nog een boek lezen. Deze week ging immers voor de 14e keer in de geschiedenis de Nobelprijs voor Literatuur naar een Fransman. Ik ben op dit moment nog bezig in een boek van de 9e Franse winnaar, Albert Camus. In het Frans, dat dan weer wel…

vrijdag 3 oktober 2008

Jubelende Jubilea [updated]

Het is feest! U bent het zich waarschijnlijk niet bewust, maar we hebben iets te vieren. U denkt nu misschien aan de kinderboekenweek, maar nee, wees maar niet bang ik ga niet dichten. U of denkt aan de overname van Fortis (de problemen zijn nu van ons allemaal). Het kan zijn dat U denkt aan de 5 Nederlandse ploegen in de UEFA cup (toch nog Europees kampioen dit jaar?). Maar nee, ik kies vandaag voor 4 Franse jubilea.

Het is feest! Haal de slingers maar tevoorschijn. Deze week wordt in Parijs het 100 jarig bestaan van de luchtvaartindustrie gevierd. En hoe kan je dat beter vieren dan door de Champs-Elysées om te bouwen tot luchthaven. U ziet de vliegtuigen al stijgen en landen? Dan heeft u wel een erg enthousiaste insteek, want zover komt het helaas niet (voordat we dadelijk overmoedige piloten krijgen die onder de Arc de Triomphe door willen vliegen).

Maar een week lang is de Champs-Elysées wel een openluchttentoonstelling van vliegtuigen en helikopters. Er schijnen vanaf dit weekend ook delen van de Airbus 380 (die grote ja) te zien zijn. Ik ben er nog niet geweest, wegens een druk rooster. Maar ik beloof, een foto update volgt later dit weekend.



Het is feest! Zijn de taarten al gebakken? De Franse grondwet bestaat 50 jaar! In 1958 werd de 5e Franse republiek een feit door deze nieuwe grondwet. Nu 50 jaar en 24 herzieningen later wordt dit jubileum gevierd door de grondwet opnieuw te verzegelen. Bovendien is er een metro station (Assemblée National) van een fresco voorzien die 50 jaar grondwet in beeld brengt.

De kranten leggen dit verband niet, maar persoonlijk vind ik het nogal een cru feestje. Zolang is het tenslotte toch niet geleden dat de Fransen NEE zeiden tegen die andere (Europese) grondwet. Niemand heeft het er over dat zelfs dit jaar nog de Franse grondwet is aangepast om het verdrag van Lissabon te ratificeren. En was dat verdrag van Lissabon niet die EU grondwet in een nieuw jasje? Juist… Ik snap wel dat de Franse regering een feestje viert….



Het is feest! Feest? Ja, de kredietcrisis is deze zomer 1 jaar geworden. Feest? Nou ja… jubileum dan? Het is grappig om de ontwikkelingen rond de kredietcrisis in Frankrijk mee te maken. De afgelopen week is er hier een kentering in de berichtgeving rond de kredietcrisis. En de ontwikkelingen rond Fortis hebben daar een grote rol in, het ingrijpen van de Benelux heeft indruk gemaakt in Frankrijk.

Tot vorige week hadden alle kranten het over de “Amerikaanse Financiële Crisis”, onder het mom van ‘daar hebben wij weinig mee te maken’. Maar met de gebeurtenissen rond Fortis komt het de Fransen opeens wel dichtbij. Als de beurzen dan ook nog flink dalen en de Franse werkloosheid hard oploopt, is het opeens ook een Franse crisis. Dus wordt Sarkozy uit de coulissen gehaald om in te grijpen, lees: 'met Balkenende te praten', en met een plan te komen. Dus roep je dan iets over een Europees fonds, dan zegt Duitsland ‘NEE’ en dat is dan dat.

Het is feest! Tijd om de champagne te ontkurken. Vandaag zit ik namelijk precies 1 maand in Parijs. Maar ja, dat zetten ze dan weer niet in de kranten. Het was alweer mijn vierde lesweek hier in Frankrijk en die begon maandag met mijn naamdag (jawel, het was Sint Hieronymus). Wat er zo bijzonder was aan maandag? Geen idee. Dat de tomaten in de aanbieding waren misschien? Niet?

De rest van de week was vooral druk met colleges. Colleges waarin je er als Nederlander niet altijd goed vanaf komt overigens. Zo had ik woensdag een college over ethiek. De docent startte een verhaal over dat de moraal afhankelijk is van tijd, plaats en historie. Daar wist hij nog een mooi voorbeeld bij. “100 jaar geleden rookte iedereen in de plaatselijke bistro, vandaag mag je geen sigaret meer opsteken. Maar als ik 4 uur in de Thalys ga zitten, kan ik zo een jointje rollen in het ‘bedorven’ Amsterdam.”
En jawel, meteen draaiden er vijf hoofden mijn kant op. Wat doe je dan? Lief lachen….



Het is feest! O ja? Nee. Nee? Het is feest is voorbij. O...

[Update]
Hierbij de beloofde foto-update. Het was knetterdruk vandaag op de Champs-Elysées en eerlijk gezegd vond ik het maar een matige tentoonstelling. Dus ben ik snel het Petit Palais ingevlucht. Hier een mooie fototentoonstelling van Patrick Demarchelier (wiki maar even). Een drukbezochte tentoonstelling waar de bezoekers massaal foto's van de foto's liepen te maken. Zo gaat de fotograaf ten onder: van foto tot kiekje...